Twijfelen aan jezelf is normaal en nuttig. Gaat het je echter in de weg zitten, dan moet je er iets aan doen. Hoe doe je dat? Maak de angst concreet, verzin praktische scenario’s, denk positief en accepteer dat het leven bestaat uit het nemen van risico’s
Twijfelen aan jezelf is normaal. Deze eigenschap heb je zelfs hard nodig om te overleven. Het wordt pas een probleem op het moment dat je zelftwijfel je in de weg gaat zitten en je belemmert in je dagelijks leven. Het is niet meer functioneel als de angst verlammend wordt en voorkomt dat je in beweging komt.
Maar hoe ga je om met twijfel aan jezelf op het moment dat deze twijfel niet meer zinvol is?
Kiezen vanuit je hart
“Dit boek neemt je stap voor stap mee in het wonderlijke proces van keuzen maken”
- Inzicht in de dieperliggende waarden als drijfveer voor jouw keuzen
- Kies jij voor het leven of kiest het leven jou?
- Geen lange psychologische verhalen maar concrete tips die helpen!
- Kleine stappen met grote (positieve) gevolgen voor jouw zelf-gekozen leven
De filosofie van de twijfel
Je hoeft niet per se een heel onzeker persoon te zijn om af en toe aan jezelf en je kwaliteiten te twijfelen. Sterker nog, grote denkers als filosoof Friedrich Nietzsche (1844 – 1900) waren groot voorstander van de zelftwijfel.
Nietzche was van mening dat we juist moesten kiezen voor onzekerheid, dwaling en aarzeling. Juist dan zouden we mogelijkheden vinden om ons denken op een hoger niveau te brengen.
Door te twijfelen ga je de dingen van verschillende kanten bekijken en kom je tot betere oplossingen.

En bedenk ook zelf eens: misschien ken je mensen in je omgeving die niet of nauwelijks aan zichzelf twijfelen. Zijn dat de mensen van wie hun mening over het algemeen op hoge waarde wordt geschat?

Ook de Franse filosoof René Descartes (1596 – 1650), één van de grondleggers van de Westerse filosofie, was een fan van de twijfel en de zelftwijfel.
In zijn zoektocht naar een zeker fundament van kennis begon hij eerst alles te bevragen en in twijfel te trekken.
Ook zichzelf en zijn eigen zintuigen ontkwamen hier niet aan. Uiteindelijk bleef er maar één zekerheid over: hij twijfelde!
In zijn Principia Philosophiae (1637) deed hij dan ook zijn meest beroemde uitspraak “cogito ergo sum” oftewel ‘ik denk (twijfel), dus ik besta”.
Twijfelen aan jezelf - zelftwijfel als duiveltje
Tot zover het pleidooi voor de functionele twijfel. De zelftwijfel die je helpt tot betere beslissingen te komen.
Maar dan dat duiveltje van de niet functionele zelftwijfel. Dat geval van ‘ik kan dat niet’ en ‘ik durf dat niet’. De angst om door de mand te vallen of om mensen teleur te stellen, terwijl die angst waarschijnlijk niet op feiten gebaseerd is.
Faalangst voor taken die je best zou kunnen en willen uitvoeren, maar waarvan dat duiveltje in je hoofd zegt dat het te eng is en dat het zal mislukken.
Niet functionele zelftwijfel - wat doe je er tegen?
Om te beginnen kun je eens nagaan waar je twijfel vandaan komt. Heb je vaker een dergelijke klus gedaan en is het toen misgegaan? Mooi, dan kun je precies nagaan wat je nu anders gaat doen.
Praat over je aarzeling met een vriend of vertrouwde collega. Niet met die ene concurrent die jou liever onderuit ziet gaan, maar met iemand die het goed met je voor heeft. Je zult zien dat je twijfel herkend wordt.
Door het bespreekbaar te maken, neemt de spanning vaak al wat af. Met een ‘lotgenoot’ kom je al snel te spreken over praktische oplossingen en daar zit meteen de crux. Maak het probleem concreet:
- Wat kan er mis gaan?
- Hoe erg is dat, wat kan er in het ergste geval gebeuren?
- Wat kun je doen om mislukking te voorkomen?
- Wat kun je doen áls het al misgaat?
Als je deze vragen hebt beantwoord, is het grote spook van de zelftwijfel al gereduceerd tot een te behappen probleem en tot een gecalculeerd risico.
Positief denken, het werkt echt!
Positief denken, het klinkt als een cliché, maar het werkt echt. Door te visualiseren dat iets lukt, liefst zo concreet mogelijk, maak je nieuwe verbindingen aan in je hersenen. Dit heeft ook invloed op de chemie in de hersenen (minder cortisol, meer serotonine). Hierdoor wordt de kans op succesvol handelen ook daadwerkelijk groter.

Het is opvallend dat vrouwen vaker aan zichzelf twijfelen dan mannen. Vrouwen zijn – van nature of aangeleerd – vaak voorzichtiger dan mannen. Wat vrouwen vaak wel instinctief goed kunnen, is kiezen met het hart. Zolang het gevoel niet vertroebeld is door oneigenlijke, aangeleerde onzekerheid, pakt het maken van keuzes vanuit het onderbewuste (het kiezen met je hart) vaak goed uit.
Als je van jezelf een gezond en positief basisgevoel hebt, is het gemakkelijker om positief te denken dan wanneer je, door beschadigende gebeurtenissen uit het verleden, een zwak basisgevoel hebt. Maar we kunnen in het leven keuzes maken, dus kun je altijd kiezen voor het positieve.
Accepteer dat onzekerheid bij het leven hoort
Zekerheid bestaat niet in het leven. Nog zo’n cliché met veel waarheid.
Als je het gevoel van twijfel accepteert als een fact of life kun je er gemakkelijker mee dealen en keuzes maken.
Bereid je goed voor, maar probeer niet alles dicht te timmeren. Al was het maar om, zoals Nietzsche al vond, niet in vaste patronen en dogma’s terecht te komen.
Grijp je twijfel aan om verder te komen, verder te leren, maar accepteer ook dat je niet alles in de hand hebt én dat dat helemaal niet erg is. Alleen op die manier kun je zelfvertrouwen vergroten.
Bronnen:
- Nietzsche, een biografie van zijn denken (Rüdiger Safranski, 2016)
- René Gude over René Descartes, (René Gude, 2015)
- De voordelen van onzekerheid, (Flow Magazine)
Als je het moeilijk vindt om de juiste keuzes te maken...
Begin te kiezen vanuit je hart